Pakkeman en Poulet
Dirk Stallaert en Erik Meynen zijn twee ervaren rotten rotten in het stripvak. Ze maakten onafhankelijk van elkaar hun debuut in de cultuurbijlage van Knack in 1981. Beiden wonnen ze al de Bronzen Adhemar, Stallaert in 1995, Meynen in 1999. En alle twee werken ze momenteel voor Studio Vandersteen mee aan de avonturen van Suske en Wiske, wat ze combineren met eigen projecten.
Een ontmoeting na een stripbeurs in Gent lijdde tot twee strips voor Unizo, ‘De mysterieuze klant’ (2002) en ‘De neuzen van Sniezo’ (2003). Meynen omschreef het later als de ideale samenwerking: hij schrijft graag in opdracht en Stallaert tekent graag gedetailleerde achtergronden uit.
Een ontmoeting na een stripbeurs in Gent lijdde tot twee strips voor Unizo, ‘De mysterieuze klant’ (2002) en ‘De neuzen van Sniezo’ (2003). Meynen omschreef het later als de ideale samenwerking: hij schrijft graag in opdracht en Stallaert tekent graag gedetailleerde achtergronden uit.
In 2003 vraagt De Standaard aan Meynen om haar artikelenreeks ‘België blootgelegd’, een zestiendelige handboek van het land dat verscheen in de aanloop naar de federale verkiezingen, te illustreren met een strip. Marc Sleen had toen net Nero met pensioen gestuurd en dus besloot Meynen de nieuwe eigenaar van het frietkot van Jan Spier te introduceren. Het was dan ook niet meer dan logisch dat hij Stallaert, die de laatste tien jaar Nero had getekend, mee aan boord nam.
De nieuwe uitbater wordt in de vijfde aflevering van de strip in koel bloede vermoord, waarna inspecteurs Pakkeman en Trouveur de dader proberen op te sporen. Ook de lezers trokken mee op onderzoek uit: aan de hand van een verborgen aanwijzing konden ze de schuldige uit het rijtje verdachten plukken. Hieronder staan de zestien stroken van ‘De laatste friet’, waarvan de elfde de originele tekening is.
Enkele jaren later wordt de serie nieuw leven ingeblazen voor fedra, het tijdschrift voor federale ambtenaren. Dat blad verschijnt in de twee landstalen en dus wordt de naam van Trouveur, die niet zo goed klonk bij de Franstalige lezers, veranderd in Poulet, een Franse bijnaam voor een ‘flik’, zoals Pakkeman dat in het Vlaams is.
Zesenveertig van de platen van ‘Pakkeman en Poulet’ die tussen mei 2006 en december 2010 in fedra verschenen, zijn nu gebundeld in een softcover. Dat is te danken aan Uitgeverij Adhemar, een initiatief van Peter Janda van de Gentse striphandel Adhemar. Er is wel enig speurwerk nodig om dat te achterhalen: de naam van de uitgeverij staat niet op het album zelf en omgekeerd staat de strip niet op de website van Adhemar. Voordien waren er al luxe-uitgaves verschenen, met per album een andere cover van de hand van Stallaert, maar die kostten zes keer zoveel als deze strip.
|
Hoewel het concept op papier een beetje belegen kan overkomen, werkt het detective-element wonderwel in stripvorm. De verborgen aanwijzing verplicht je om als lezer elke plaat tot in het kleinste detail te bekijken. En terwijl de plots soms door de mand vallen ([SPOILER ALERT] “Pakkeman denkt aan diefstal maar de portefeuille zit gewoon in zijn achterzak” [/SPOILER ALERT]), valt het pure vakmanschap van Stallaert dubbel op.
Hoewel hij de strip in zijn eigen stijl tekent en niet graag een kameleon wordt genoemd, demonstreert Stallaert dat hij kan imiteren wie hij wil. Een van de knapste platen is die waar Pakkeman en Poulet in het jaar 1958 in het schetsboek van Willy Vandersteen beland zijn. Niet alleen werd de pagina in de typische tweekleurendruk gezet, de rommelmarkt staat ook vol verwijzingen naar albumtitels uit de reeks - wij telden er minstens tien. Er kan nog verder gespeurd worden in het album naar knipogen, niet alleen naar stripfiguren maar ook naar kunstenaars zoals Manet, Géricault en Magritte.
Wij keken al een tijd uit naar een bundeling van ‘Pakkeman en Poulet’, een mooie notering in de bibliografieën van twee ervaren rotten in het stripvak waar de liefde voor het medium en het ambacht dan ook van af druipt. Het ware nog mooier geweest indien het effectief een integrale was geweest, inclusief de zestien oorspronkelijke stroken uit De Standaard. Maar dat laat vooral de pret van het lezen én herlezen van deze speurgags niet drukken.
BRONNEN
De scans van ‘De laatste friet’ komen vreemd genoeg van de blog van Walivo, het Wase Liefhebbers Verbond.
De Stripspeciaalzaak had in 2007 een dubbelinterview met Stallaert en Meynen.
De scans van ‘De laatste friet’ komen vreemd genoeg van de blog van Walivo, het Wase Liefhebbers Verbond.
De Stripspeciaalzaak had in 2007 een dubbelinterview met Stallaert en Meynen.
Alle afbeeldingen © Meynen & Stallaert 2014
Een ingekorte versie van deze recensie verscheen eerder op Cutting Edge.
Een ingekorte versie van deze recensie verscheen eerder op Cutting Edge.