De Weyfelaers van Cram
Cram werd op 23 maart 1938 geboren als Marc Mestag in het Antwerpse Meerhout maar groeide op in Brussel. Vanaf begin jaren zestig worden regelmatig cartoons, illustraties en strips van zijn hand gepubliceerd in Belgische dag- en weekbladen zoals De Standaard, Humo, De Volksmacht, Ons Volk, De Nieuwe Gazet, Le Soir Illustré en La Libre Belgique. Daarnaast geraken zijn tekeningen tot in de Duitse (Stern, Neue Revue) en Zwitserse (L’Illustré) pers.
Van 1966 tot begin jaren tachtig maakt Cram regelmatig illustraties voor jeugdweekblad Tintin/Kuifje, vooral losse cartoons maar soms ook met terugkerende personages zoals Hoppy (1966) en Monsieur Menu/Meneer Turf (1968). Hij werkte ook samen met Mitteï en Géri aan hun reeksen, respectievelijk het vrolijke Indésirable Désiré/Onverbeterlijke Bas en het absurde Skblllz.
Naast zijn tekeningen voor Tintin/Kuifje maakte Cram Orphée (1965) en Jehan (1967) voor het satirische tijdschrift Pourquoi Pas? en Dok Schnock (1967) voor Ons Volkske, de langlopende jeugdbijlage van Ons Volk. Later zei Cram dat hij toch een zekere tederhied behield voor Orphée. Maar zijn bekendste strip is waarschijnlijk De Weyfelaers, dat sinds 1975 verscheen in De Standaard. Over het ontstaan zei Cram “Tja, ik wou kinderen hebben. Ik maakte er dan maar vier in één dag!”
De ideeën voor de gags van deze kinderen haalde Cram naar eigen zeggen doodgewoon uit het leven. Hij voegde er wel aan toe dat hij zelf het liefst het werk van Franquin, Sleen en nog veel anderen leest. “Ook de Peanuts. Alle soorten humorstrips.” Filosofische, wrang humoristische korte strips “voor volwassenen maar met kinderen”, getekend in een eenvoudige zwart-witstijl: het is moeilijk om de vergelijking tussen De Weyfelaers en Peanuts niet te maken. Een selectie van De Weyfelaers verscheen in 1980 in albumvorm in de Magnum reeks van uitgeverij De Dageraad.
Achteraan in het boek staat een korte tekst over en dito interview met Cram: “Hij is een uiterst gevoelig iemand, die makkelijk in zak en as zit, die leeft van de ene UP in de andere DOWN, de man met het broze moreel… De weerspiegeling daarvan is licht te vinden in zijn stripjes. De korte gags die hij in deze vorm giet vertonen wel degelijk een compromis tussen een bijtende ‘reactieve’ humor die nogal pessimistisch van weerslag is.”
In 1981 stapt Cram over van Kuifje naar Robbedoes, waar tussen 1981 en 1983 de absurde gagstrip Jan Pech verschijnt. Een verzameling van zijn werk verschijnt in 1983 in het album ‘Cram zag eens pruimen hangen’ in de reeks Kartoenklassieken van uitgeverij De Dageraad, waarin eerder al strips van Pil en Brasser gepubliceerd waren. Tijdens de rest van de jaren tachtig maakt Cram vele stopgags, korte strips van slechts enkele prentjes. De stripauteur overleed op 28 november 2009 na een lange ziekte. De Standaard en Het Nieuwsblad omschreven Cram als gevoelig, gereserveerd, ongerust, discreet - karaktertrekken die ongetwijfeld ook zijn strips geïnspireerd hebben.
BRONNEN
De tekeningen van Cram komen van zijn pagina op de Lambiek Comiclopedia.
De foto van Cram komt van de achterzijde van het album van De Weyfelaers.